Historisch Genootschap Waddinxveen

J. Willemstein

Er was nog een 2e plan voor een  fusie.  De schooldirecteuren hadden van onderaf al veel voorbereidend werk gedaan voor een fusie, waar uiteindelijk een scholengemeenschap voor lbo, mavo, havo en vwo uit voortkwam.                                                                                                                                                                          De Samenwerkingsschool (lees: de Gemeente) is parallel óók bezig geweest om een school voor meer onderwijsvormen  op te zetten.  Zij hadden al een gebouw, er moest een 2e school bij komen voor de combinatie De Wadde, Don Bosco, Kohnstamm.  Deze 2 bewegingen werden elkaars concurrenten.                                       De wethouder van Onderwijs, Karel van Soest, is daarna de vergaderingen gaan leiden wat heeft geleid tot 1 school. De schooldirecteuren hebben de fusie echter naar eigen inzicht tot stand laten komen.

Afvalputje. Groot nadeel was het ontstaan van het afvalsysteem: leerlingen probeerden zo hoog mogelijk in te stromen en als dat niet lukte, deden ze een stap lager. Het vmbo werd het afvalputje van het onderwijssysteem, wat niet motiverend was voor deze groep van leerlingen. Men keek erop neer – wat fout is, want technische mensen heeft de maatschappij heel hard nodig. Deze leerlingen hoorden in hun omgeving  vaak dat ze het niet konden. Ze waren daardoor moeilijk te motiveren. Onderwijskundig gezien is dat moeilijk. Gelukkig zijn er veel docenten die daar feeling voor hebben. Dankzij hen konden leerlingen na de vooropleiding van het vmbo doorstromen naar een volgende gespecialiseerde opleiding om goede vakmensen te worden. Hiervoor verdienen deze docenten een pluim!

Allochtonen brachten hun kinderen het liefst naar het toenmalige lbo om daar een vak te leren. Hiertussen zaten leerlingen die intellectueel makkelijk naar de havo hadden gekund; ze verveelden zich en zaten te klieren, waardoor docenten een probleem hadden. De opleiding kreeg daardoor de naam dat allochtonen toch niet konden leren en men dacht dat die leerlingen niet deugden. De school kon niet terugvallen op de ouders. De Nederlandse ouders wilden hun kinderen hierom niet graag meer op het vmbo hebben. Het voortgezet middelbaar beroepsonderwijs (VMBO) is door deze verschillende oorzaken in een moeilijke hoek terecht gekomen. De scholen  van nu proberen deze leerlingen het onderwijs te geven wat bij de leerlingen past en wat zij nodig hebben.

De VMBO-scholengemeenschap  “ De Wadde”  (1986) omvatte de afdelingen Mavo, Bouwtechniek, Installatietechniek, Metaaltechniek, Verzorging, Huishoudkunde en Handelskennis.  De opleiding werd aangepast op de vraag van het bedrijfsleven, waar Jan  een nauw contact mee had. Hij kon als directeur geen lid worden van de ICW (Industriële Club Waddinxveen) worden, maar werd 1 x per maand uitgenodigd op hun contactuur, waar ook mensen met kleine industriële bedrijven kwamen en waar het gemeentebestuur en de politie bij waren. Hier werden ook lezingen gegeven over o.a. politieke maatregelen, gecombineerd met borrel en discussie. Hij kon er in een informele setting contacten leggen en inzicht krijgen in de vraag van het bedrijfsleven. Regionaal regelde de ICW open dagen bij grotere bedrijven voor basisschoolleerlingen, die het beroepsonderwijs in wilden gaan. Zij konden daar kennis van nemen, wat o.a. belangrijk was i.v.m. komend personeelstekort en verschuiving binnen de arbeidsmarkt. Basisschoolleerlingen gingen daar per bus naartoe .

1995 afscheid van school.  Bij het ontstaan van het Coenecoop College heeft Jan nog enkele jaren meegewerkt aan de totstandkoming van het Coenecoopcollege  met betrekking tot de stichting, de identiteit, de statuten en de inrichting van het onderwijs. Daarna ging Jan met vervroegd pensioen.

2e deel       De jeugd en verdere levensloop van Jan Willemstein


Cultuurhistorie van de Parel aan de Gouwe