Achterzijde
Linksboven
Bij de wagenmaker Pieter van Schravendijk op de hoek Dorpstraat en Kerkweg meldt zich in 1898 ene Dirk Verheul als knecht, die bij zijn nieuwe baas inwonend wordt. Dirk geeft zijn ogen goed de kost, leert snel en is praktisch ingesteld. Én, Dirk heeft ambitie want na twee jaar ervaring in het vak opgedaan te hebben neemt hij de zaak van de even verderop in de Dorpstraat gevestigde wagenmaker Arie Littooy over; hij huurt het pand van Littooys weduwe.
De zaken gaan goed en al na drie jaar koopt Verheul het woonhuis en de erachter liggende werkplaats (waar anno 2021 de fietsenzaak van Wielaard gevestigd is). De van hout geproduceerde tilbury’s, wagens en sjezen moesten door de smalle poort langs zijn woonhuis de openbare weg op.
De ontwikkelingen gaan door, reden waarom overgeschakeld wordt op de metalen carrosseriebouw van auto’s en bussen. De eerste serie van vijf bussen werden geleverd aan de Gebr. Buitelaar uit ons dorp, die een autodienst onderhielden naar Boskoop en Rotterdam. In 1931 wordt aan de Kleikade een nieuwe productiehal gebouwd om de groeiende activiteiten te kunnen realiseren. Hout is inmiddels uit, plaatstaal is de toekomst. Daarom doopt Verheul zijn bedrijf om tot N.V. Carrosseriefabriek Verheul. Hij krijgt een grote order van de gemeente Arnhem voor de opbouw van trams.
De vraag naar carrosserieopbouw neemt hard toe. Uitbreiding aan de Kleikade zit er niet in, maar in 1938 koopt Verheul een groot terrein aan de Henegouwerweg (naast de afrit van de huidige Coencoopbrug) . Hij bouwt er een grote productiehal met kantoren die naast de Kleikadefabriek dan de hoofdvestiging wordt.
In 1950 wordt het vijftigjarig jubileum groots gevierd met de ongeveer vijfhonderd medewerkers die het bedrijf en directie een gedenkraam cadeau doen. (Nu in depot bij het HGW).
Het succes van Verheul ligt in het feit dat het bedrijf al vroeg is begonnen met de bouw van bussen met een zelfdragende carrosserie. Dat gaf enorme voordelen in de kosten van arbeid en materiaal. Zo kon in Apeldoorn een derde fabriek gevestigd worden. Maar ook hier gaat niet alles voor de wind want omstreeks1960 slaat de stagnatie in de afzet van Verheulbussen toe en wordt het bedrijf ingelijfd door het Britse A.E.L. Ltd. dat later weer door British Leyland wordt overgenomen. Na een grote brand in 1970 wordt het pand herbouwd maar dan is de productie van bussen eigenlijk al beëindigd.