Linksonder
Bij de naam Dobbelmann denkt de lezer misschien eerder aan zeepproducten dan aan tabak. Maar hoewel Louis Dobbelmann (1837) in principe was voorbestemd om met een broer de zeepfabriek van hun vader in Nijmegen voort te zetten, bleek de verhouding tussen de broers geen vruchtbare combinatie. Louis nam afscheid en vertrok in 1860 naar Amerika waar spoedig na zijn aankomst de burgeroorlog uitbrak. Dobbelmann sloot zich bij de Noordelijken aan, vocht dapper mee en bereikte de rang van officier. In 1865 naar Nederland teruggekeerd neemt hij de tabakszaak over van Van Woerden en Co aan de Hoogstraat te Rotterdam. Dobbelmann weet de zaak op energieke wijze uit te breiden en koopt voor zijn expanderende activiteiten de leeggekomen fabriek van de naastliggende en failliet gegane suikerfabrikant Van Oord. Hij brengt het bedrijf tot bloei met een reeks tabaksproducten en breidt uit met vestigingen in Amsterdam en Londen. Dobbelmann, die op 64-jarige leeftijd overleed, was de enige Dobbelmann die leiding gaf aan het bedrijf.
In 1940, als de kleinzoon Antoon Adriaan van der Heijden de directie voert, wordt Rotterdam gebombardeerd en gaan fabriek en kantoren verloren. Door tussenkomst van de Waddinxveense architect P.D, Stuurman (zie boven) kan al in datzelfde jaar een groot kavel aan de Noordkade worden aangekocht en naar een ontwerp van diezelfde Stuurman een groot fabriekscomplex met kantoren in aanbouw genomen (foto) . Het is de bedoeling dat het binnen een jaar opgeleverd wordt omdat de bezetter plannen heeft met dit complex als productieruimte voor de oorlogsindustrie. Door allerlei tegenslagen (sabotage) duurt de bouw echter tot in 1943. Bij de oplevering wordt het door de bezetter gevorderd.
Na de Tweede Wereldoorlog wordt de productie van tabakswaren hervat en onder de merken als Ibisshag en Amateursigaretten groeit het bedrijf uit tot grote werkgever in ons dorp. Het veelal vrouwelijk personeel wordt via advertenties in de Waddinxveense Courant geworven met de slogan: “Meisjes kom bij Dobbelmann werken en breng gerust je moeder mee.” Het personeel kreeg naast het vastgestelde weekloon een kwantum sigaretten of shag mee als loon in natura.
Eind jaren vijftig nam de concurrentie van buitenlandse merken in rookwaren toe en ging het bedrijf een fusie aan met een producent in Dordrecht maar ten langen leste werd de hele productie verplaatst naar Drachten, in Friesland. Het grote complex werd gekocht door de Nederlandse Kabelfabrieken uit Delft dat weer onderdeel werd van het Philipsconcern . Nu is het fabriekspand verbouwd tot logistiek centrum van Van Uden; langs de Noordkade zijn de kantoren nog in oorspronkelijke staat aanwezig.